Haal de eendenbouten uit het eendenvet. Je kunt het vet eventueel bewaren om bijvoorbeeld aardappels of andere dingen in te bakken. Pluk het eendenvlees van de botten. Gooi de botten weg en bewaar het vlees.
Verhit 1 eetlepel eendenvet in een grote wokpan. Snijd de pancetta in stukjes en bak knapperig in het vet. Maak de sjalotten schoon en snipper deze. Bak deze glazig in het eendenvet (bij de pancetta).
Maak ook de knoflook schoon. Pers deze uit bij de sjalot. Maak de winterpeen schoon en rasp deze. Bak ook even mee.
Voeg vervolgens de rode wijn, blikken tomaten en het bouillonblokje toe. Voeg de rozemarijn en het eendenvlees toe en laat de saus pruttelen tot deze wat meer is ingedikt.
Snijd vervolgens de olijven en zongedroogde tomaten in stukjes en voeg ook toe. Kook de pappardelle volgens de bereidingswijze op de verpakking al dente. Serveer de pappardelle met de ragú en bestrooi met wat geraspte parmezaanse kaas.