Leg de vellen paratha buiten de diepvries zodat ze zacht worden. Doe dit niet langer dan een half uur voordat je ze gaat vullen.
Vulling maken
Maak de ui schoon en snipper deze. Verhit een scheutje zonnebloemolie in een pan en fruit hier de ui zo'n 5 minuten in aan.
Maak de rode peper en de knoflook schoon en snipper beiden. Voeg toe aan de ui en bak nog een minuutje mee.
Voeg het mosterdzaad, de komijn en koriander toe. Bak even mee totdat de kruiden beginnen te geuren.
Maak de mango's schoon en snijd het vruchtvlees in kleine stukjes. Voeg dit toe aan de pan en bak even mee.
Haal de zaadjes uit de kardemompeulen, voeg dit ook toe, samen met de kaneelstokjes, het limoensap en de palmsuiker.
Hak de koriander fijn en voeg dit ook toe.
Roer goed door elkaar en laat zo'n 15 minuutjes pruttelen totdat je een mooie dikke mangochutney hebt. Zet het vuur uit en laat afkoelen.
Pasteitjes vullen
Leg een bakplaat bekleed met bakpapier klaar. Verwarm de oven voor op 220 graden.
Halveer de paratha vellen en pak een helft in je hand. Rol hier een kegeltje van met de platte kant onder (dit wordt de punt). Knijp de zijkanten dicht en laat de bovenkant open.
Schep wat vulling in je kegeltje tot net onder het randje en knijp ook de bovenkant dicht. Leg je pasteitje op de bakplaat. Doe dit met alle paratha vellen en vulling tot alles op is.
Kluts het eitje en smeer hier de bovenkant van de pasteitjes mee in (met een kwastje). Bak de mango pasteitjes in zo'n 20 tot 30 minuten mooi bruin en krokant.
Baktijd is afhankelijk van je oven. Serveer met een yoghurt dipje of raita erbij. Lekker als voorgerechtje, of als bijgerecht bij een curry.